Samenvatting: De leugen van het 'moeten'
Er zijn maar 5 dingen die je echt moet:
- Ademen
- Drinken
- Eten
- Een dak boven je hoofd
- Slapen
Heb je een van deze dingen voor een bepaalde tijd helemaal niet, dan loopt het slecht met je af. Het zijn de minimale vereiste dingen om in leven te blijven. Al het andere is niet noodzakelijk, dus moet ook niet.
Maar ik moet naar een verjaardag!
Wie verplicht jou naar de verjaardag toe te gaan dan? Niemand! Je legt dat jezelf op. "JA, MAAR HET MOET!" Nee, het moet allerminst. Als je doodziek bent, amper op je benen kan staan en 42 graden koorts hebt, dan blijf je ook thuis. Het is dus allerminst verplicht.
Waarom is dit belangrijk? Omdat ik super vaak mensen spreek die helemaal in de stress zitten omdat ze denken dat iets moet. Maar het hoeft helemaal niet.
Hoe kun je dit oplossen?
Je kunt dit met een taalkundig trucje oplossen. Ik vind het zelf heel leuk! Moeten is taalkundig gezien een hulpwerkwoord. Dat betekent dat je het gebruikt om een ander werkwoord bij te staan. Bijvoorbeeld:
Ik moet slapen
Ik moet fietsen
Ik moet naar een verjaardag gaan
Echter, er zijn meer hulpwerkwoorden en je kunt vrijwel altijd elk hulpwerkwoord vervangen door een ander hulpwerkwoord. Dit zorgt dat je gevoel erbij verandert.
De belangrijkste hulpwerkwoorden:
- Moeten
- Kunnen
- Willen
- Zullen
- Gaan
- Mogen
Bovenstaande voorbeelden kun je dus vervangen door:
Ik kan slapen
Ik wil fietsen
Ik mag naar een verjaardag gaan
Merk eens op wat dit met je gevoel doet. Wanneer je moeten vervangt door willen, mogen of kunnen verandert je hele gevoel. De hele verplichting valt compleet weg. Dat lucht enorm op.